Een koude winterse periode is niet in tegenspraak met klimaatverandering

De winter is in het land… en zorgt voor heel wat sneeuwpret. En behoorlijke koude temperaturen. Niet onbegrijpelijk vragen vele mensen zich dan af: was het klimaat dan niet aan het opwarmen? Hoe kan dit nu?

Daarom even kort en bondig: waarom een koude periode niet in tegenspraak moet zijn met klimaatopwarming.

De kans op koudegolven neemt af door klimaatopwarming…

…maar dat betekent niet dat ze niet meer kunnen voorkomen. Interessant om eens door te klikken naar deze uitleg van de collega’s van VITO. Zij rekenden uit dat begin jaren ’80 koudegolven ongeveer elke 6 jaar voorkwamen, terwijl dit nu nog slechts ongeveer elke 12 jaar is.

Belangrijkste boodschap: klimaatverandering zorgt voor een toename van het aantal warme dagen, en een relatieve afname van het aantal koude dagen. Maar dit betekent geenszins dat koude winters niet meer kunnen voorkomen. Dit wordt zeer mooi geïllustreerd in onderstaande figuur,  uit het klimaatrapport van het KMI. De hoogte van de lijn geeft de kans op een bepaalde weertype aan. Door klimaatverandering neemt de kans op koudegolven af, en neemt de kans op hittegolven toe.

Bron: Klimaatrapport KMI

De polaire vortex

De huidige koude periode heeft ook te maken met een interessant verschijnsel: een verplaatsing van de polaire vortex.

Heel in het kort: de polaire vortex ontstaat door het extreme temperatuurverschil in de winter tussen de poolgebieden en de rest van het halfrond. Doordat de Noordpool geen zonlicht ontvangt, koelt hij extreem af. Op de scheiding tussen warm en koud ontstaan krachtige winden in de stratosfeer, op tientallen kilometer hoogte. Deze ‘winden-band’ houdt het koude weer vast boven de poolcirkel. Soms komt het echter voor dat de temperatuur in deze vortex plots toeneemt: een ‘plotse stratosferische opwarming’ (PSO). Hierdoor verzwakt de polaire vortex, waardoor koude poollucht veel zuidelijker terecht kan komen en het weer in de gematigde zone beïnvloedt. Tijdens de huidige koude periode zorgde dit voor koudere oostelijke luchtstromingen in onze contreien.

Waarom zo’n PSO ontstaat, weet men eigenlijk nog niet echt. Een studie in 2018 suggereerde dat de frequentie ervan niet wijzigt met klimaatverandering. Dit betekent dat we, zelfs op een warmere planeet, nog steeds extreme winters kunnen meemaken in gematigde streken. Er zijn zelfs studies die aangeven dat het fenomeen zou kunnen toenemen bij verminderd zee-ijs als gevolg van klimaatverandering.

Illustratie van de polaire vortex (Bron: Meteo.be)

Conclusie

Koude periodes en winterprikken zijn van alle tijden: eens om de zoveel tijd komen ze van nature voor door de variaties in ons klimaatsysteem (bv. aangestuurd door het gedrag van de polaire vortex). Koude periodes verdwijnen dan ook niet zomaar als gevolg van de klimaatopwarming. Belangrijk om hierbij in het achterhoofd te houden: klimaat en weer zijn niet hetzelfde. Het weer is variabel van dag tot dag, van jaar tot jaar… Er is van nature een afwisseling tussen warmere en koudere episodes. Het klimaat is een gemiddelde over 30 jaar. Door de mens veroorzaakte klimaatverandering doet de kans op koude extremen afnemen, terwijl de kans op warme extremen stijgt. Dit nemen we ook effectief waar in België, wat heel duidelijk wordt in het klimaatrapport van KMI.

Wapen u dus tegen mensen die roepen dat een koudegolf moeilijk te rijmen is met klimaatopwarming. Het is spijtig genoeg eenvoudig om, vaak zonder enige achtergrondkennis, doelbewust simplificerende boodschappen op sociale media te plaatsen (en er veel aandacht mee te krijgen). Daarom blijven wij via deze blog wetenschappelijke kennis kaderen, in de hoop dat het debat steeds verder weg kantelt van al te eenvoudige veronderstellingen.

ERIC STRUYF, SARA VICCA en SAMUEL HELSEN

Plaats een reactie